25. jan, 2016

En nou is het klaar!

Zo, en nou is het klaar met dat gezever, gescheld en dat doemdenken! Ik ben het goed zat. Kankeren op alles wat er mis is in dit ‘ooit zo mooie land’ –ik heb het helemaal gehad. Rot dan op naar een ander land!

Kom op mensen, de meeste bussen en treinen rijden op tijd, zelfs tijdens Code Rood-weer. Mijn post lag vanmorgen ongescheurd op de mat, ik hoefde bij de oversteekplaats van een druk kruispunt maar drie minuten te wachten, bij de groenteboer hoefde ik maar tien cent te betalen voor een mooie plastic tas, zeker tien procent van de supermarktkarretjes is schoon, nog schoner dan een toiletbril of een deurkruk of een toetsenbord. Kom daar eens om in Afrika, Azië of Zuid-Amerika!

Waarom denk je dat die asielzoekers zo graag naar ons land willen? Nou? Als ik niet hier zou wonen, zou ik ook naar hier willen.

Bij de kringloopwinkel kun je al voor drie tientjes een nieuwe jas kopen, die vind je niet in Ouagadougou, hoor! Overal waar je kijkt zijn sportvelden, je ziet mensen op straat joggen, in de bossen fietsen en de zwembaden zijn alleen gesloten als anders-gelovigen daar een uurtje willen watertrappelen, desnoods met al hun kleren aan. En buiten de Veluwe om zelfs op zondag!

Wij zijn fijne mensen en we willen graag dat iederéén zich hier prettig voelt. Dus als er iemand ergens over klaagt, passen we onze regels aan; dan kleuren we Zwarte Piet groen, dan trekken wij ook bij 32 graden iets met lange mouwen en een broek aan en op het strand even een topje en als dat niet genoeg is een T-shirt en als dat niet genoeg is een doek.

Als de Gouden Koets vervelende illustraties heeft verven wij daar gewoon even wat overheen, want iedereen heeft het recht om zich thuis te voelen en als straks het kruis van Jezus verboden moet worden omdat dat mensonterend is voor sommigen, dan halen we gewoon die kruizen uit die kerken, dan is bijna iedereen weer blij. De Paashaas doen we weg als iemand zich stoort aan het feit dat we de paashaas opeten, dat mag niet dat is wild vlees en ook niet diervriendelijk. En mochten er gelovigen zijn die zich storen aan biggetjes in kinderboerderijen, dan vervangen we die vanzelfsprekend door lammetjes, zo moeilijk is het allemaal niet.

De meeste vrouwen kunnen ’s avonds op de fiets en zonder licht over straat, slechts een op de tien wordt ooit aangerand, kom daar eens om in India, Ramallah of Cairo -tel je zegeningen!

Nog nooit is er hier een bloedige aanslag gepleegd op een naaktstrand; mijn straat, en ik woon echt niet in een dure wijk, staat vol met grote auto’s, die elk jaar APK-gekeurd kunnen worden zodat iedereen veilig kan rijden; als je honger hebt kun je naar een voedselbank waar je helemaal gratis in leven wordt gehouden; in de kroeg hoef je binnen geen last te hebben van ziekmakende rook en op de televisie is er voor elk wat wils van Kim Holland tot Donald Duck. De meeste kinderen kunnen zo dik worden als ze willen en hoeven niet te spelen met echte geweren, maar krijgen als ze jarig zijn prachtige namaakwapens.

Het barst van de artsen voor allerlei kwaaltjes, als je je been breekt wordt dat vaak binnen twee dagen gezet, als er brand uitbreekt hoef je maar te bellen en die wordt dan meestal geblust, slechts hoogst zelden wordt de brandweer daarbij gehinderd. Als er bij je wordt ingebroken heeft de politie de juiste aangiftepapieren al voor je op hun site gezet. Wat hebben we het toch goed!

Ik dacht, dat moet ook eens een keer gezegd worden.

In de Tweede Kamer mag je bijna alles roepen en zelfs met een paspoort uit een vreemd land mag je daar voorzitter van zijn. De meeste gehandicapten en zieken worden niet hun huis uitgezet en de meeste families zorgen tot hun laatste snik voor hen. Je kunt rustig je jointje roken in het openbaar of een willekeurige fiets meenemen als die niet op slot staat. Zonder dat je, zoals in sommige andere landen, meteen een politieagent achter je aan krijgt. Iedereen heeft goedkoop gas, waar ze alleen maar in Groningen wat last van hebben; maar mocht hun onverkoopbare huis daar in de grond zakken, dan krijgen ze gewoon geld van de verzakker!

Je kinderen kunnen naar een school waar kinderen uit de hele wereld en van alle geloven op zitten. De meeste mensen roepen geen racistische teksten vanaf een voetbaltribune. En als je je met carnaval maar niet verkleedt als jihadist kun je een hoop plezier hebben. Uiteraard drink je geen bier als anderen, uit een andere cultuur, daar last van zouden kunnen hebben. Geniet ervan!

Wat? Wie aan de telefoon? Mark?

Ja hoor, Mark. Natúúrlijk mag je dit stukje gebruiken bij je volgende verkiezingscampagne!

10. jan, 2016

Super-tv

Eindelijk, eindelijk mocht ik dan eens een volledige werkdag meemaken bij De Wereld Draait Door.

Wat een ervaring!

Wat een enthousiast team werkt er aan dat fantastische praatprogramma, dat iedere dag maar liefst 50 minuten te zien is in een fabelachtig decor, gebouwd door de meest creatieve decorbouwers van het land, die ook internationaal groot aanzien genieten.

Het begint al in de vroege middag als de onwaarschijnlijk begaafde presentator Matthijs al briesend van dadendrang in de startbox staat van wat gerust de hersenpan van Nederland mag worden genoemd, het tv-programma waarin de –ik zoek nu een eloquent Frans woord…. de fine fleur van de Nederlandse journalistiek, kunst, sport, politiek, wetenschap, ja zelfs van de literaire wereld aanschuift.

Matthijs verzamelt om zich heen andere genieën als Prem, Jan, Ali of goedgebekte tafelmensen als Marc Marie, Sylvana, Halina of Erben, ja ook Erben. En de crème de la crème van professoren.

Om 16 uur komt de redactie bijeen voor een generale repetitie die zijn gelijke niet kent en om kwart voor zeven hijst Mathijs zich in zijn überhippe maatpak om in strak tempo de vooraankondiging te kunnen doen. 30 seconden heeft hij daarvoor en dankzij zijn fenomenale vakmanschap blijft hij precies binnen die tijd! De inhoud, en dat is zo geniaal aan hem, is volledig ondergeschikt aan de presentatie. De beste autocue-bediende van het land zit nu nóg in een plastic zakje te blazen van opwinding en het toegestroomde publiek keek met open mond naar deze topprestatie.

‘Wat zei die nou?’ vroeg volgens mij een arbeider op de tribune, maar daar sloeg niemand acht op. Dus dat zal wel niet.

De rollercoaster rolt door: een onwaarschijnlijk goed nieuw boek, een ongelooflijke nu al legendarische nieuwe film, met een topcast en vijf sterren in The Guardian, vijf sterren in The New York Times ‘en ga zo maar door’; groot nieuws, want de beroemdste dirigent van het moment heeft het meesterwerk gefabriceerd waar de hele wereld al jaren reikhalzend naar uitkeek. Een enorme verrassing is de aanwezigheid van het beste bandje van dit moment -dat al heeft opgetreden op de allerbelangrijkste festivals en ook door alle jury’s die er toe doen overladen is met prijzen- dat het vetste nummer van hun nieuwe cd reusachtig perfect in één minuut wegspeelt. ‘Goed, man’, roept Matthijs als een superjeugdige dj die zijn eerste plaatje afkondigt. En voort gaat het, het kan altijd nóg beter, the sky is the limit. Hij is de circusdirecteur die met trillende neusvleugels van genot het volgende nummer aankondigt. Gaat dat zien, hooggeëerd publiek!

Stom toeval deed mij na afloop belanden voor de pisbak naast het goudomrande privé pissoir van de populaire presentator. Ik deed of ik niks hoorde. Maar ik hoorde het wel. Laten we eerlijk zijn.

 ’Heb ik wel genoeg superlatieven gebruikt?’ vroeg de empathische talkshow host zich half-hardop af terwijl hij zijn plasje stond te doen. ‘Eeeeven kijken… heb ik erudiet gezegd? Dan moet ik morgen weer wat anders zeggen.’ Hij dacht heel even na. ‘Professor u bent een scherpzinnig en belezen mens...’ hoorde ik hem zacht repeteren. ‘Nee, dat moet sneller…’ Hij las de woorden na die hij, tot mijn verrassing, elke dag aan de binnenkant van zijn hand schrijft. Ik boog tijdens  het uitschudden wat opzij en las stiekem mee: ‘…eminent, excellent, fenomenaal, reusachtig, magnifiek, enorm, legendarisch… met ongehoorde finesse… stupéfait… tot op de millimeter nauwkeurig nagespeeld…’

Ik heb ze die avond allemaal langs horen komen en het is niemand echt opgevallen. Ongelooflijk. Wat een uitmuntende voorbereiding, wat een onvoorstelbare eruditie en eloquentie.

Zelfs in zijn nederigheid is Matthijs onovertroffen. Hij maakt moeiteloos diepe buigingen en bezigt daarbij en passant zinnen als ‘neem me niet kwalijk, professor, ik ben in uw schaduw slechts een opwaaiend espenblad…’     

De nacht was al gevallen toe ik Matthijs in vloeiende stijl door donker Amsterdam zag glijden, op zijn superfiets onderweg naar zijn onwaarschijnlijk riante pied-à-terre.

Wat een dag! Wat een supersuperdag! Laten we eerlijk zijn.

1. jan, 2016

Verbodenlijst

Wat verboden zou moeten worden in 2016:

 

1. Die mutsen van Unox bij de nieuwjaarsduik.

2.Sportcommentatoren die Wikipedia voorlezen terwijl ik probeer het spel te volgen.

3. Tv-presentatoren die slissen, plat praten, rare accenten leggen of een spuugje in hun mondhoek hebben.

4. Eva Jinek, elke avond tussen 23 en 24 uur.

5. Alle SBS6-programma’s.

6. Kranten die alleen het begin van een artikel op internet zetten.

7. Vaders van krantenbezorgers die de nieuwjaarsfooi van hun kind komen ophalen.

8. Vrouwen die nog steeds ‘helemaal leuk’ zeggen.

9. Dure Duitse auto’s met hinderlijk fel blauw koplamplicht.

10. Die pieptoon in je auto als je je gordel niet snel genoeg omdoet.

11.Oranje kunstschaatsen verhuren voor te kleine ijsbanen.

12.Oude mannen op mountainbikes in een modderbos.

13. Ramsjwinkels in leegstaande kerken.

14. Megalomane windmolens in de polder of aan zee.

15. Het uitroepen van Code Geel, Oranje of Rood.

16. Mensen die zeggen dat ze een mensen-mens zijn, of een meisje-meisje.

17. Bejaarden die je voorbij suizen op elektrische fietsen en denken dat jij dat niet door hebt.

18. Mijn lastenverzwaringen presenteren als belastingverlichting.

19. Zeggen dat de Derde Wereldoorlog al lang bezig is.

20. Zeggen dat je voor België bent bij dit EK voetbal.

21. De genocide op het misdaadvolk liquidaties noemen.

22. Het woord ‘kapsalon’ zetten op het raam van je snackbar of shoarmazaak

23. Melden welke series je allemaal al hebt gezien op Netflix.

24. Elke dag een Facebook-vriend feliciteren op Facebook.

25. Vragen of je nog op vakantie gaat/bent geweest bij de koffieautomaat.

26. Louis van Gaal bashen, terwijl die eigenlijk hulp nodig heeft.

27. Iedereen beledigen ‘omdat er vrijheid van meningsuiting is’.

28. Restaurants die luide popmuziek aanzetten onder het eten.

29. Mensen die op 1 januari stoppen met roken, drinken of dik zijn.

30. Waarzeggers laten voorspellen wat er gaat gebeuren in 2016.

31. Facebookposts die doorlinken naar een blog.

32. Lijstjes met verboden op een blog.

33. Blogs.

 

 

23. dec, 2015

Speech

Ik heb nog nooit een afscheidsspeech geschreven, laat staan uitgesproken. Ik ben zó’n armzalige speechschrijver dat ik zelfs geen slechte speech kan bedenken.

Maar bij het einde van De Week Die Was hoort wel zoiets. Toch? Daarom heb ik er een handleiding bijgezocht van iemand die daarvoor heeft doorgeleerd: het boek ‘Lullepot’ van emeritus hoogleraar lexicologie Piet van Sterkenburg.

Van hem leer ik dat een goeie speech niet kan zonder citaten en dat geldt dus ook voor een afscheidsspeech. Die kort moet zijn, want zei niet ooit Elisabeth Bibesco: ‘Het afscheid verlengen is niets waard, je verlengt de aanwezigheid en niet het vertrek.’

Had ik al gezegd dat de citaten niet meteen te begrijpen moeten zijn?

Een speech moet ook humor hebben om de aandacht van de toehoorders vast te houden. Maar ja, afscheid en humor, dat is lastig. Of je moet met die mop komen over die begrafenisondernemer die in de huwelijksnacht aan zijn bruid vraagt: ‘Wil de familie hem misschien nog één keer zien? ‘ Nee, dat gaat hem niet worden.

En er moet ook minstens één anekdote in. Zo herinner ik mij een aflevering van De Week Die Was die maar liefst acht minuten te kort bleek omdat er op het laatste moment een onderwerp uitviel. Wat te doen? Onze presentatoren Wim en Gerda zaten met de handen in het haar, maar toen hebben regisseur Marlon van Dalen en eindredacteur Peter Veenendaal een zwerver van de straat gehaald en die zijn levensverhaal laten vertellen. Niemand heeft iets gemerkt en het was de beste uitzending van allemaal.

Dat dit niet echt gebeurd is, doet er nu even niet toe, het gaat om de speech, om deze afscheidsspeech.

Een aforisme -zo’n kort, puntig tekstje- doet het ook altijd goed in speeches, lees ik in het boek van Piet. Maar ja, waar haal je zo gauw een aforisme vandaan over alwéér een radioprogramma dat stopt. Trouwens, stoppen met een radioprogramma is helemaal niet moeilijk, ik heb het in mijn leven wel vijftien keer gedaan.

Waarom stopt dít programma ook alweer? O ja, te weinig respons. U mailde niet. En geen luisteraars betekent geen sponsors, dus dan kun je beter stoppen. Of, zoals de prostituee zei: ‘De liefde kan niet van één klant komen.’

Maar als er te weinig gereageerd werd, wil, dat nog niet zeggen dat het prut was. Soms reageren mensen gewoon niet. Of pas als het te laat is. Zoals die man die in zijn hele leven nog niks had gezegd en plotseling, tijdens een diner begon te praten . ‘De soep is te heet!’riep hij boos. Toen men hem vroeg waarom hij niet al veel eerder iets had gezegd, antwoordde hij: ‘Omdat tot nu toe alles in orde was.’

Ik koester de gedachte dat dát de reden was waarom u niet massaal reageerde op ons  prachtprogramma: het was tot nu toe allemaal in orde. En wij deden het niet voor het applaus. Sommige radiomakers missen het applaus zo erg, dat ze klapstoelen op hun terras hebben staan en klapbessen in hun tuin. Wij niet.

Wij blijven ook nu, aan het doodsbed van De Week Die Was, erop terugkijken met een glimlach. En we zeggen, mét de flamboyante Spaanse schilder Salvador Dali: ‘Elk afscheid is de geboorte van een herinnering.’

En nu wordt het stil. Stil in Nieuw Zeeland, stil op alle stations die ons programma al overnamen, stil op internet, op de satelliet, in de ether, op de kabel, op FM en AM. Het is goed zo: ‘Stilte is een vriend die je nooit verraadt.’  Onbegrijpelijk doordenkertje van Confucius.

Zelf opgezocht.

18. dec, 2015

Top 2000

Ik droomde vannacht dat ik nou eens een keer zo’n top-2000 mocht samenstellen. De 2000 mooiste liedjes.

Het moest wel Nederlandstalig zijn, en dat heb ik geweten. Voor ik het besefte, was ik omringd door de crème de la crème van de Nederlandse liedkunst en allen hadden maar één wens: we moeten d’r in!

Mag het licht uit? begon De Dijk.

Heb je even voor mij?  kwam Frans Bauer er meteen al tussen.

Ik wil jou, begon Polle Edouard. Man… Laat me, weerde Ramses Shaffy af.

Ik krijg een heel apart gevoel van binnen, stelde Corry Konings vast. Van Lenie uit de Takkenstroat? vroeg Tineke Schouten vals. Nee, van Cimeroni, schamperde Anneke Grönloh.

Daar gaat ze! wees Clouseau.

Dat is Verónica, sorry, riep Peter Koelewijn.

Zeg, waarom fluister ik jouw naam nog? vroeg Benny Neijman aan Willeke Alberti.

Nou.. Morgen ben ik de bruid, sputterde Willeke tegen. Zeg het dan ook oerend hard, bromde Normaal.

Hij  was een beetje verliefd, lachte André Hazes. Mag ik dan bij jou… smeekte Claudia de Breij zacht.

Hoezo, ben ik te min? galmde Armand uit zijn graf

Och, misschien wordt het morgen beter, opperde Cornelis Vreeswijk.

Zeg me dat het niet zo is! riep Frank Boeijen.

Maar mensen, ik voel me zo verdomd alleen! klaagde Danny de Munck

Weet je wat, zet een kaars voor je raam vannacht, adviseerde Rob de Nijs

Ach gut, en daarna dans je de hele nacht met mij? smaalde Karin Kent. Pas als de rook om je hoofd is verdwenen, grapte Boudewijn de Groot.  Ík heb stiékem met je gedanst, knipoogde Toontje Lager.

Vuile huichelaar! schold Renée de Haan.

Kom mee, we gaan dansen aan zee, stelde Bluf voor. Ja leuk, in dat kleine café aan de haven, drong Vader Abraham aan. Bestel mar vast, riep Rowwen Hèze uit de verte. Daar ben ik nog niet of nooit geweest, mompelden Acda en De Munnik eenstemmig.

Geef mij maar Amsterdam, pochte Johnny Jordaan.

Het was een onrustige droom, met al die Nederlandse artiesten met een overdosis geldingsdrang en de liedjestitels dwarrelden op mij neer als confetti in de oudejaarsnacht. Ik werd zwetend wakker. Voortaan zal ik met gepaste bewondering kijken naar al die mensen die al die lijstjes maken aan het eind van het jaar, ook die top-2000 muzieklijstjes. Ik liet mij terugvallen in het kussen.  

Is dit alles? heupwiegde Henny Vrienten.

Ja, of salle me het nog een keertje overdoen?? toeterde Adèle Bloemendaal in mijn oor.

Ik heb nog wel wat bloasmuziek, toeterde Gé Reinders mee.

Weet je wat het is, jongen, zei toen Marco Borsato geruststellend, de meeste dromen zijn bedrog.